donderdag 29 maart 2018

MENUET



Een menuet is een oud-Franse barokdans, meestal in driekwart maat. In de literatuur is het een spottende term voor een driehoeksverhouding. 

Twee gevoelens schieten in het latere werk van Louis Paul Boon naar voor: Erotiek en eenzaamheid. De periode vangt aan met Menuet uit 1955 en eindigt met zijn laatste roman Eros en de eenzame man uit 1979 en postuum gepubliceerd in 1980. Beide zéér autobiografisch. In de proloog van zijn laatste roman uitte Boon zijn twijfels of het boek geschikt is voor publicatie: ‘Ik weet waarlijk niet of ik dit boek aan het openbaar mag prijsgeven. De vraag kwelt me, of deze schandelijk onzedige maar tevens smartelijke biecht van een eenzame door zijn driften vervolgde en opgejaagde man, niet best in de vergeethoek zou opgeborgen worden.’ 

Afstoting en aftrekking
Menuet is een vertelling van drie mensen, elk vanuit zijn/haar standpunt gebracht. Hoe erotische afstoting en aantrekking van de man tot zijn vrouw en de meid, de vrouw tot haar man en de meid, de meid tot de man én de vrouw, een spanning veroorzaken. De geboorte van het kind uit het huwelijk leidt naar een tragische ontknoping die een grote leegte toont. Geen van de drie ‘dansers’ is gelukkig, maar wat nu? Het enige besluit dat na de lezing kan worden getrokken is dat in dergelijk amoureuze affaire liefde lijden is en dromen nachtmerries zijn. 

Maat noch tempo, lijn noch hoek. 
In de regie van Liliane Brakema, zoals Menuet wordt opgevoerd door de laatste overlevenden van het ooit vermaarde NTG-gezelschap, is de korte roman van Boon een dans die maat noch tempo heeft en de driehoek lijn noch hoek. Het aandeel van de drie vertellers, zoals ze door Boon werden uitgewerkt, werd door dramaturg Koen Haagdorens in stukken gehakt en zo gemonteerd dat ze woord en wederwoord geven, helaas zonder spoor van discussie en van een dialoog. De steriliteit, die er het gevolg van is – daar kan je gif op innemen – is bewust nagestreefd, om de spanning te verhogen. Door echter te prutsen aan de structuur van Boon schiet hij de richting uit van de verveling. 

Gevangenisgevoel
Het Kasper Hauser-enigma – een psychologisch gevoel van in een gevangenis te leven die tot geestelijke duisternis leidt – is de auteur niet vreemd, maar die is in de bewerking noch de enscenering behouden, hoewel de link ernaar in de oorspronkelijke tekst met het blote oog te zien is. Tenzij de opeenstapeling van het huismeubilair, waardoor het huiselijk gevoel verdwijnt en plaats maakt voor de koude, het verkleurde grijs van een magazijn, een gevangenisgevoel moet veronderstellen. Ook het rondspringen als apen over de meubels, alsof ze in een kooi zitten, kan in die richting wijzen. Het is het meest treffende aan de voorstelling, maar de zielenroerselen eraan verbonden blijven onaangeroerd. Uiterlijk vertoon prevaleerde boven het wit maken wat zwart is. De enige opstoot van enig gevoel is de bruuske duw door het meisje waardoor een deel van het meubilair verschuift en de symmetrie verbroken wordt. 

Haags calvinisme
Het saaie van de voorstelling is geheel toe te schrijven aan Liliane Brakema, de regisseur. Het Haagse calvinisme slaat de toeschouwer in het gezicht. Het valt het best weer te geven met de korte [fictieve] dialoog: Hij: ‘Schat, zullen we vanavond eens vrijen?’ – Zij: ‘ Ja, goed idee? Het is exact drie weken geleden.’ – Hij: ‘En vijf uur.’ – Zij: ‘En vijf uur! O, dan is het hoogtijd. Wil je vooraf een koffie, en een koekje?’ – ‘Hij: ‘En een wolkje melk, graag.’ – Zij: ‘Mooi, ga je vooraf je voeten wassen?’ – Hij: ‘Doe ik.’
En dan de muziek. Totaal niet ter zake doende. Effectbejag typisch aan het amateurtoneel. Het verband tussen de meesterlijke muziek van G.F. Handel, een streepje uit diens Sarabande Main, en het trio arbeidersmensen is niet te vinden. In de film Barry Lyndon van Stanley Kubrick past ze perfect, in Menuet lijkt die erbij gesleurd door acht Brabantse trekpaarden. 

Geen acteursregie
De acteurs zijn volkomen op zichzelf aangewezen waardoor enkel Bert Luppes als de man body and soul krijgt. Hij is een typische Boonfiguur. Verfijnd in de omgang, bruut in zijn toneelspel. Chris Thijs als de vrouw doet haar best maar haalt te weinig uit haar nochtans rijke gevoelsarsenaal. Lien Wildemeersch als het meidmeisje heeft een prima ogenspel, maar de rest van haar lichaam doet daar niet aan mee. Nochtans zit het in haar en komt het eruit met de juiste acteursregie.
Niet onvermeld mag blijven dat als het geschreeuw vervangen zou worden door gefluister, het krachtig effect zou hebben gehad. Het is niet omdat het verhaal zich in een arbeidersmilieu afspeelt dat er zo geroepen moet worden dat het drie panden verder te horen is. Meer is minder en minder is meer. 

guido lauwaert

MENUET
naar de roman van Louis Paul Boon
regie: Liliane Brakema
dramaturgie: Koen Haagdorens
decorontwerp: Bettina Pommer
spel: Bert Luppes, Chris Thijs & Lien Wildemeersch
productie: NTGent
info en speellijst:
www.ntgent.be


Geen opmerkingen:

Een reactie posten