woensdag 28 februari 2018

HET KWARTET

[foto: Luc Monsaert] 


Een toneelstuk over het toneel, zijn spelers en de vetes, in het theater kan alles. Cour & Jardin toont het aan, met Het Kwartet van Ronald Harwood. 

Zoals een dokter levenslang een dokter is, blijft een acteur tot zijn dood een acteur. Niet zelden weet hij van het stervensproces een act te maken. Het deemstert op de achtergrond in het toneelstuk dat Danni Heylen, Magda Cnudde, Bob Snijers en Jef Demedts – goed voor het gezelschap Cour & Jardin – momenteel spelen. 

Locatie
Ronald Harwood [1934] is een gerenommeerd toneelauteur. Van 1953 tot 1958 was hij de persoonlijke kostuumadviseur van sir Donald Wolfit, bekend Shakespeare vertolker. Deze ervaring vormde de basis van zijn toneelstuk, in 1983 verfilmd, The Dresser.
In Quartet uit 1999, gaat Harwood in op het niet aanvaarden van het ouder worden. De locatie is een tehuis voor gedumpte operazangers en muzikanten. Een drietal onder hen wil af en toe nog wel eens blinken. Wanneer een vierde, oude bekende, operazangeres haar intrek neemt, zien ze de kans schoon om samen op het jaarlijks ‘schoolfeest’ op te treden. Met een aria uit de opera Rigoletto van Guiseppe Verdi waarmee ze jong zijnde succes hadden. De vierde aarzelt, twijfelt maar gaat na wat grollen en grappen overstag. Op voorwaarde dat ze playbacken. Wat gebeurt. Resultaat: applaus op applaus, doek. 

Gezapig tempo
Regisseur Frank Van Laecke heeft het zich niet moeilijk gemaakt, en maar goed ook. Harwood heeft betere stukken geschreven. Het kwartet is voorspelbaar, een gekke zijweg is er niet, nooit, nergens; eigenlijk valt er voor een regisseur weinig eer mee te halen. Verzint hij wat extra slaat het als een tang op een varken. Dwaas is Van Laecke niet en heeft zich daarom op het onderlinge spel gefocust, zonder aan de typische maniertjes van de vier acteurs te raken. Hij heeft ze niet aangespoord in overdrive te gaan. Een licht vernisje over de tics and tricks is voldoende. Ook niet op de rem gaan staan, gewoon aan een gezapig tempo naar de horizon bollen. En kijk, het werkt. Het publiek neemt er genoegen mee en lacht. 

[foto: Luc Monsaert] 
Boulevardtoneel 
Je moet geen theaterstudies gevolgd hebben om Het Kwartet te kunnen spelen. Beroepsacteurs als het hogergenoemd viertal hoeven, hoewel op jaren, de hersens niet te pijnigen om het stuk uit het hoofd te leren. Ze zijn er op getraind en boulevardtoneel vraagt geen diepe inleving. Gewoon jezelf blijven is voldoende. Is dit soort toneel daarom minderwaardig aan – om een voorbeeld te noemen – het Elizabethaanse theater? Allerminst. Er is een publiek voor en heeft daarom recht op een bestaan. Bovendien staat het hoger geklasseerd dan de soap. Mensen moeten er zich voor verplaatsen, het is een sociale gebeurtenis, wat op zich al een verdienste is. Het draagt tot slot een boodschap met zich mee. In Het Kwartet is de moraal van het verhaal dat elke inspanning die binnen het eigen interessegebied valt, de onderlinge vriendschap versterkt en het derde leven aangenamer maakt en ja, vaak een rustgevend medicijn is. 

Lang leve deze productie
Wie daarom zonder hoge verwachting naar een voorstelling als Het Kwartet gaat kijken, voelt zich niet bedrogen. De acteurs amuseren zich en belazeren het publiek niet. Integendeel. Het spelplezier spat de zaal in en de publieksvreugde het podium op. Anders gezegd: Het Kwartet van Cour & Jardin is het huwelijk van Hemel en Paradijs.
Wat mij betreft mag deze productie een grote rondreis maken langs alle culturele kringen van Vlaanderen, Brabant, Limburg  en de buitengewesten, als daar zijn Holland en de missieposten van onze voormalige kolonie. 

guido lauwaert
gent, 2018-02-28 

HET KWARTET – Ronald Harwood
vertaling: Rita Vereecken
regie: Frank Van Laecke
spel: Magda Cnudde, Danni Heylen, Bob Snijers & Jef Demedts
figurant: Michael Buyle
website: geen
info:
courenjardin@telenet.be

Geen opmerkingen:

Een reactie posten