Koning Filip van België heeft aan de
vooravond van de Belgische nationale feestdag theater- en operaregisseur Ivo van Hove benoemd tot Commandeur in de Kroonorde.
De orde wordt
toegekend aan personen voor hun ‘artistieke, letterkundige en wetenschappelijke
verdiensten, voor verdiensten in de commerciële of industriële wereld of voor
aan het land bewezen diensten’.
Naast Ivo Van Hove
ontvangen ook Peter De Caluwe (directeur
De Munt / La Monnaie), Frans schrijver Eric-Emmanuel
Schmitt, Hubert Van Humbeeck (oud-hoofdredacteur Knack), graaf Charles de Brouchoven de Bergeyck,
opperstalmeester Didier de Callatay
en Monica Nolet de Brauwere van Steeland
de titel.
In het verleden
viel de eer reeds te beurt aan o.a. Gustav
Leonhardt, Steven Spielberg, Gerard Mortier, Dora van der Groen, Louis
Raemaekers en Charles Aznavour.
De successen van
Ivo van Hove stapelen zich op. Zowel
met de producties van het gezelschap waar hij directeur van is, Toneelgroep Amsterdam, als de
producties die hij het voorbije seizoen maakte voor Broadway, A View from the Bridge en The
Crucible, beide van Arthur Miller. Ook Lazarus, i.s.m. David Bowie, kende een eclatant succes,
net als zijn nieuwste productie, de openingsvoorstelling van Le Festival d’Avignon, op de plaats die
enkel voorbehouden is voor de grootmeesters, Le Cour d’honneur du Palais des Papes. Uitgenodigd door de
Comédie-Française regisseerde hij Les Damnés. Oorspronkelijk werd dit
verhaal verfilmd door Visconti. Van Hove beperkte zich echter tot het script en
gaf het een eigen invulling.
Ivo van Hove is
een man die niet stil kan zitten. Momenteel werkt hij aan De dingen die voorbijgaan,
een bewerking van de roman uit 1906 van Louis
Couperus, Van oude mensen, de dingen
die voorbijgaan. Kort samengevat gaat het over een doodgezwegen passiemoord
in Nederlands-Indië die een verwoestende invloed blijft uitoefenen op een
familie, met een dramatische afloop. Deze productie, met het Toneelhuis, gaat
van start in de Ruhrtriënale en is in oktober in Antwerpen te zien en in
december in Amsterdam. Deze voorstelling maakt deel uit van een drieluik rond
Couperus. Vorig seizoen ging De stille kracht [1900] van start en
hield er niets dan lovende recensies aan over. Het derde luik is voorzien voor
het seizoen 1917-1918. Dan gaat De boeken der kleine zielen [1901-1903]
voor de bijl.
Ivo Van Hove over De dingen die voorbijgaan:
‘Heeft de familie niet lang genoeg
geduurd? Dat is de verzuchting van Lot in De dingen die voorbijgaan. Op het
einde, doodziek geworden van een niet geleefd leven, komt hij tot een onthutsende
conclusie: "Er komt een andere tijd. Een ander geslacht. Er komt een tijd dat
mensen elkaar verlaten, verdriet doen, en toch vinden dat het niet anders kan
zijn, dat het goed is, omdat het is wat moet gebeuren."
In het Den Haag van Louis Couperus is het onmogelijk je echte verlangens te volgen, onmogelijk jezelf te zijn. Het is een wereld van dwalende mannen en vrouwen in een samenleving als een gevangenis. Een groot koor. Een zwanenzang. Couperus schudt ons wakker. Deze wereld moet op de schop!’
In het Den Haag van Louis Couperus is het onmogelijk je echte verlangens te volgen, onmogelijk jezelf te zijn. Het is een wereld van dwalende mannen en vrouwen in een samenleving als een gevangenis. Een groot koor. Een zwanenzang. Couperus schudt ons wakker. Deze wereld moet op de schop!’
De producties
van Ivo van Hove onderscheiden zich,
naast een fabuleuze enscenering en een prachtige scenografie door Jan Versweyveld, door een sterk sociaal
engagement. Ze mogen zich dan in een verleden hebben afgespeeld, ze blijven
verrassend actueel.
Dat element zal
ongetwijfeld meegespeeld hebben bij de benoeming tot Commandeur in de Kroonorde.
guido lauwaert
Geen opmerkingen:
Een reactie posten