J. Slauerhoff |
J. Slauerhoff staat bekend als dichter en romancier. Wat louter in beperkte kring geweten is, is dat hij
ook toneelschrijver was. Die onbekendheid is geen oneer. Eén toneelstuk slechts schreef Slauerhoff, en het werd slechts tweemaal opgevoerd. Vandaar.
Waarom het toneelstuk Jan
Pietersz. Coen. Drama in elf tafereelen van J. Slauerhoff [1898-1936] onder
het stof verdween heeft een sterke maatschappelijke geschiedenis. Zij kan
samengevat worden in twee woorden: Lafheid en Verraad.
Eenmaal het stuk in
boekvorm was verschenen bij Uitgeverij Stols in 1931 [wat al heel wat voeten in de aarde had] werden er pogingen
ondernomen om het stuk uit te voeren. Nederland was tot de jaren zestig van
vorige eeuw een land met uitermate conservatie daden en gedachten. Daarom dat
een opvoering keer op keer zo niet verboden dan wel onder politieke druk
afgevoerd werd, zelfs al was het opzet bekend, er subsidie aan toegekend. De
goede naam van de Gouverneur-Generaal van Oost-Indië mocht niet beschadigd
worden. Indien dat gebeurde zouden de regenten uit die tijd waardigheid
verliezen en het moederland nog meer in de problemen raken. Want in
tegenstelling tot wat algemeen wordt aangenomen begon de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd
namelijk niet in 1945, maar al in 1619. De toenmalige bewindvoerder, het
titelpersonage, Jan Pietersz. Coen [1587-1629] maakte misbruik van zijn macht,
organiseerde massamoorden en hongerde de bevolking uit door hun oogsten te
vernielen.
De kaft van de eerste druk - uitgeverij Stols |
De kritische bemoeienis van een dichter kon men missen
als kiespijn. Pas in 1961 – bij een herdruk van Slauerhoffs Verzamelde
Gedichten – werd het plan opgevat diens toneelstuk op te voeren. Na dertig jaar
was het eindelijk zover. De voorstelling op 26 oktober had echter geen succes.
Niet door de uitvoering maar door de boycot van het gemeentebestuur met als
belangrijkste tegenstander de Amsterdamse burgemeester Gijsbert van Hall. Na
heel wat gesoebat werd een compromis bereikt: het zou een besloten voorstelling
worden en eenmalig zijn. Ondanks het weren van journalisten verschenen er wel kritieken. De meeste waren echter
vernietigend waardoor het stuk in een coma belandde. Weliswaar zond de VPRO op
30 mei 1969 het stuk op televisie uit, maar zwaar verminkt. Slechts fragmenten
werden vertoond, aan elkaar gebreid met morele praatjes. Een tweede ontwaken
uit de coma was ook kortstondig. In februari 1986 was er één openbare
voorstelling.
´Tot op de dag van vandaag zijn die van 1961 en 1986 de
twee enige bekende toneeluitvoeringen van Jan
Pieterszoon Coen,´ volgens Hein Aalders, redacteur van De Parelduiker. Dit literair-historisch Nederlands tijdschrift
maakt zijn ondertitel waar, geleend van Multatuli: ‘Een parelduiker vreest den
modder niet’. Diep duikt het in zowel de vuile was als de strijk van de
literaire wereld. Het artikel van Hein Aalders bewijst dit ten volle. Heel
gedetailleerd vertelt en ontleedt hij met naam en toenaam de geschiedenis van
dit politieke toneelstuk van Slauerhoff. Tevens heeft hij oog voor het tweede
thema van het stuk, verdrongen lust en verkapte macht. Het titelpersonage is
verliefd op een nicht, een beeldschoon meisje van nauwelijks 16 jaar. Omdat hij
haar [Sara] niet krijgen kan – getrouwd en gehouden aan een Hollandse belegen kaasmoraal
– belooft hij haar aan een weduwnaar op jaren, een dominee bovendien. Sara
verkiest echter een jonge officier. Dat zint de stiefvader niet. Een intieme liefdesscène
in zijn eigen huis grijpt hij aan om het jonge stel te laten veroordelen wegens
ontucht. De jongen tot de strop en het meisje tot een geseling.
Het tweede thema is verzonnen door Slauerhoff. Daarmee
voorzag hij zijn toneelstuk van een kruidige bouillon. Hein Aalders
verantwoordt de keuze van dit thema op heldere wijze, maar de details ervan
werden toegelicht op de Parelduikermiddag van zaterdag 25 maart in de toneelzaal
van de Openbare Bibliotheek Amsterdam [OBA]. Hein Aalders was gastheer, de
feestredenaar van dienst was Slauerhoff-biograaf Wim Hazeu en scènes uit het
gewraakte stuk werden gelezen en van commentaar voorzien door een paar
oudstrijders van de cast van de voorstelling uit 1961, aangevuld met acteur Hugo
Koolschijn en regisseur Ger Thijs. De laatstgenoemde had het over de sterke en
zwakke theatrale elementen van het stuk en of het nog op het repertoire kan en moet. Ja, dus. Daarvoor was hij ook opgeëist.
By the way: Zijn pleidooi bracht me een stuk voor ogen waar ik al lang voor pleit om het eindelijk weer eens op te voeren, De familie Cenci van Percy Byssche Shelley. Ook dit stuk draait rond de terreur en vernederingen van de vader wegens de wellust om de dochter, die hij verkracht en door haar vermoord wordt, maar schuldig bevonden wordt aan vadermoord en gehangen wordt. Een thema van alle tijden.
Vlaanderen heeft geen tijdschrift als De Parelduiker. Het is ook in Nederland
het enige tijdschrift dat literatuur en geschiedenis zo sterk met elkaar
verbindt. Tevens weet het de bijdragen leesbaar te houden voor de modale lezer,
door het ver weg te houden van academisch niveau. Extra aantrekkelijk is van
elk nummer een themanummer te maken. Het nieuwste nummer – met het artikel rond
Coen van Slauerhoff – draait rond
censuur en verbod. Bij het slotwoord van de Parelduikermiddag warmde Hein
Aalders het publiek alvast op met te vertellen waar het volgende [dubbel]nummer
over gaat… Gerrit Komrij.
Een persoonlijke noot tot slot. Nederland is niet bang de
wandaden als kolonisator blijvend te onderzoeken en er over te publiceren.
België kent die cultuur niet. Het zwijgt als vermoord over de wandaden van de
politieke en katholieke wereld, en de uitbuiting van zijn kolonie Congo. Er
wordt over geschreven, zonder echter partij te kiezen. Het blijft oppervlakkig.
Dat geldt zowel voor de Congoboeken van Lieve Joris, het Congoboek van David
van Reybroeck, als de vroege romans van Jef Geeraerts. Slechts één auteur heeft
duidelijk partij gekozen, Hugo Claus. Niet met een reisverslag, een studieboek,
een roman, een gedichtencyclus, maar met een toneelstuk. In 1970, Het leven en de werken van Leopold II.
De gelijkenis met dat van Slauerhoff dringt zich op. Niet inhoudelijk, maar omdat de uitvoering van Leopold II op heel wat tegenstand stuitte. Zelfs koning Boudewijn liet zich niet onbetuigd, al liet hij het vuile werk opknappen door enkele leden van het hof, onder verzet van toenmalig hofmaarschalk Herman Liebaers, waardoor de voorstelling alsnog is doorgegaan. In een regie van de auteur door de Nederlandse Comedie van Amsterdam, n.a.v. het 100-jarig bestaan van de Vereniging Nederlands Toneelverbond. Niet in Vlaanderen, maar in Holland!
In 2003 werd een uitvoering opgezet door de Brusselse KVS in een regie van Raven Ruëll. De productie werd bejubeld, behalve door ondergetekende. Het was een zwaar verminkte versie. Het historische juk was verdwenen en de regisseur ging op zoek naar ‘de mens’ Leopold II. Opnieuw lafheid en verraad. Al kan het ook domheid en eigenbelang zijn geweest.
Envoi: O lezer, mijn prins / prinses: Geen Vlaamse journalist aanwezig op deze gedenkwaardige dag. Een zaterdag en het buitenland!
guido lauwaert
gent, 2017-03-26
gent, 2017-03-26
DE PARELDUIKER – jaargang 22 / nummer 1 / 2017 – Uitgeverij
Bas Lubberhuizen – info: www.parelduiker.nl
en www.lubberhuizen.nl – te koop in de
betere boekhandel
Boekuitgave: J. SLAUERHOFF : JAN PIETERSZ. COEN
Uitgeverij Aspekt
ISBN: 9789461537683
110 pagina's
Prijs: €17.95
Uitgeverij Aspekt
ISBN: 9789461537683
110 pagina's
Prijs: €17.95
Geen opmerkingen:
Een reactie posten