![]() |
[cover 'Alvorens alles vervaagt'] |
Het is niet mijn
gewoonte mezelf op te hemelen, maar mijn initiatieven zijn mijn kinderen en daar kom ik voor op.
De recentste boreling is Alvorens alles vervaagt. Het eerste deel van mijn memoires
verscheen november 2018 bij Uitgeverij
Houtekiet. De verwachtingen waren hooggespannen, want er was door de
betrokkenen flink wat energie in de constructie en de bevalling gestoken.
Helaas, op Doorbraak en Knack na bleef
het opvallend stil in de mediawereld.
De literaire redacties van De Morgen [DM], De Standaard
[DS] en De Tijd [DT] vinden het boek blijkbaar de moeite van het vermelden niet
waard. Pardon, DM had een blokje veil in de intussen ter ziele gegane boekenbijlage.
De helft van de flaptekst van het boek werd overgenomen, slechts één zin was
van eigen makelij. Ondanks tips via via dat het hier om een niet alledaags boek
gaat, en waarom dat zo is, verdween het boek in de vergeethoek. In wezen kan je
daarom spreken van een boycot.
Diverse redenen daarvoor liggen voor de hand. In the
picture staan is noodzakelijk. Tenzij hij dagelijks op zijn
zolder als Napoleon verkleed de Slag bij Waterloo speelt, maakt nauwelijks iemand
kans op een verschijning in Iedereen
beroemd. Ik ben echter te jong voor zulke fratsen en kom daardoor niet in
aanmerking voor dat of eender welk ander programma van radio en tv.
Dat redacteurs van de ‘deftige’ kranten het boek
vermoedelijk niet eens opengeslagen hebben, is hoogst waarschijnlijk. Hadden ze
dit wel gedaan, hadden ze vrij snel de waarde ervan ingezien. Spreken van een
boycot zou dan dwaas zijn. Alle hedendaagse literaire initiatieven namelijk
zijn leenrecht verschuldigd aan de Nachten van de Poëzie. Luc Coorevits van Behoud de
Begeerte en Michael Vandenbril,
directeur van Antwerpen Boekenstad en
trekpaard van VONK & Zonen kunnen
dit niet ontkennen. De eerste is stagiair geweest van de 3de NvdP. De
tweede was curator van de 5de NvdP en heeft een paar jaar geleden
alsnog getracht een zesde NvdP te organiseren in de Roma.
De belangrijkste reden van de boycot echter gaat over
ondergetekende. Hij heeft bewust gekozen om een eigen koers te varen, los van vriendenclubjes.
Aangezien de literaire journalisten van DM, DS en DT echter wel één grote
vriendenclub is, reserveren ze alle mediaruimten uitsluitend voor de leden. Voor
de buitenstaander valt er niets meer te rapen. Zeker niet als hij geen blad
voor de mond neemt.
Wat tevens de boycot voedt, is dat de literaire
journalisten en hun secondanten altijd fout zaten met hun mening over mijn
activiteiten. Ach, dachten ze eind van de jaren zestig, Kazuno dat wordt nooit
wat. Welnu, het gaat nog steeds door, zij het onder de naam Nekka. Ach, dachten
ze begin van de jaren zeventig, een Nacht van de Poëzie in Vorst Nationaal, dat
is tot mislukken gedoemd. Zoveel jaar later zijn ze stuk voor stuk legendarisch.
In Vredeburg Utrecht is men intussen de 37ste editie aan het kweken.
Toegeven dat men fout zat, ai ai, dat is een brug te ver.
Dinsdag 5 februari van dit jaar zag ik na een
voorstelling in de Gentse Minardschouwburg Lucas
Vandervorst. Ik zei dat ik dolgraag nog eens een Bloomsday zou willen
organiseren. Hij is in 1988 doorgegaan, mede dankzij Jean-Pierre Rondas en Jempi
De Cooman, in de Antwerpse FNAC. Ik vroeg Lucas of hij bij een herneming opnieuw
een hoofdstuk zou willen voorlezen. Hij moest geen twee seconden nadenken:
‘Meteen, en desnoods gratis.’
Hij is niet de enige die opnieuw present zou geven, en dat terwijl de pers indertijd meewarig over het initiatief deed, op wijlen Jef Lambrecht na. De rancune dat men zich deerlijk heeft vergist, hangt nog steeds in de lucht van de mediaredacties. Hij heeft zich in het hoofd van de jonge redacteuren genesteld, aangevuld met wat men weet ‘van horen zeggen’ van de anciens. En wie het zwarte schaap is wordt nooit een knuffelbeer.
Al ben ik intussen vooraan in de zeventig, mijn
strijdvaardigheid blijft echter jong en fel. Het heeft geleid tot het
aanspreken van mensen die boven elke verdenking van rancune en wraak staan. Met
de vraag hun mening te geven. De bladenmaker, Karel Anthierens, vormgever van menig journalist, ontdekker van
cartoonisten als ZAK en KAMAGURKA, heeft een dooprede gehouden
kort na de geboorte van Alvorens alles
vervaagt. Ik had hem niet gevraagd de loftrompet te steken over het boek,
maar vooral eerlijk te wezen.
Welk oordeel ook, het maakt mij niet uit! Net als Multatuli in het 20ste hoofdstuk van Max Havelaar zijn verteller wegzet en
zelf het woord neemt, wil ik gelezen worden. Zeker nu ik door heel wat lezers
gewezen wordt op de goede ziel van het boek, dat kan samengevat worden als
volgt: Eén, het is een literaire geschiedenis. Twee, het is een schelmenroman.
Drie, het boek leest als een trein.
Critici zijn vrij om te kiezen wat ze beoordelen, maar een tijdsdocument als Alvorens alles vervaagt, waar zoveel mensen en toestanden bij betrokken waren, negeren, is een wandaad.
Critici zijn vrij om te kiezen wat ze beoordelen, maar een tijdsdocument als Alvorens alles vervaagt, waar zoveel mensen en toestanden bij betrokken waren, negeren, is een wandaad.
De stijl en de teneur van het boek stonden mij duidelijk
voor ogen, de hele tijd van het schrijfproces. Buiten Karel Anthierens zijn er nog
neutrale meningen op komst. Ze zullen verschijnen in margemagazines, en dat
levert een hogere afzet op, maar niet in zulke mate waar kritieken in DM, DS en
DT voor zorgen.
Dit moest mij van het hart. Ik ben niet de enige uit de literaire wereld die met een stille boycot geconfronteerd wordt. Heel wat auteurs uit alle generaties hebben er mee te maken. Het meest dramatische van de wantoestand helaas is dat het ons-kent-ons zorgt voor onbetrouwbare meningen.
Een selectie moet gemaakt worden, geen discussie over; niet alles kan besproken worden. Maar het selectieniveau is extreem vooringenomen en zuiver uit eigenbaat dat het gênant wordt. Zelfs die een flink aandeel hebben gehad op de doorbraak van schrijvers onder welke vorm ook, maar niet meer bruikbaar zijn, worden koelweg vergeten.
Dit moest mij van het hart. Ik ben niet de enige uit de literaire wereld die met een stille boycot geconfronteerd wordt. Heel wat auteurs uit alle generaties hebben er mee te maken. Het meest dramatische van de wantoestand helaas is dat het ons-kent-ons zorgt voor onbetrouwbare meningen.
Een selectie moet gemaakt worden, geen discussie over; niet alles kan besproken worden. Maar het selectieniveau is extreem vooringenomen en zuiver uit eigenbaat dat het gênant wordt. Zelfs die een flink aandeel hebben gehad op de doorbraak van schrijvers onder welke vorm ook, maar niet meer bruikbaar zijn, worden koelweg vergeten.
Enfin, het zij zo. Ik overleef de boycot, al heeft die
voor een litteken gezorgd. Een zoveelste. Verse energie zal ik putten uit de
mening van onbevooroordeelde mensen. Voor een nieuwe adrenalinestoot zorgde
alvast het vonnis van een gerenommeerd journalist. Wie het is en hoe zijn
oordeel luidt, ziet en hoort de lezer na de klik op de link van de reportage.
Een vriend-auteur zei samenvattend tegen mij: "ZE moeten mij niet", nadat zijn boek werd verzwegen.
BeantwoordenVerwijderenOp mijn roman 'Reis naar mijn vader ' kreeg ik opvallend veel spontane, enthousiaste reacties van lezers. De Media: nihil. Er worden vandaag de dag veel literaire moorden gepleegd.
Je boek, Gido, is een documentaire, een historische roman, een vrijbuitersepos, een zeer goed geschreven schelmenroman. Zoveel boeken tegelijk kunnen de bewuste Heren niet lezen.
Ik ontving jouw boek van mijn zoon Rob Van de Zande. Het blijkt een mooi geschenk welke mij soms aan het lachen bracht, soms ontroerde, veelal weemoedig stemde. Bewuste 'Heren' zijn degenen welke de kont likken van degene die boven hun zit terwijl ze naarstig trappen naar degenen welke zich onder hun bevinden. Arm Vlaanderen die het met een vulgair en strak in het keurslijf gebonden pers moet stellen.
BeantwoordenVerwijderen